Delen op Facebook

Het nieuwe goederenrecht een evenwichtsoefening

De wet van 4 februari 2020 trad in werking op 1 september 2021.

Het goederenrecht is aangepast, toegankelijker en praktischer gemaakt. 

Burenhinder

Je kan nu als buur preventieve actie ondernemen.

Voorbeeld: als je oordeelt dat er gevaar is voor ernstige burenhinder omdat het huis van je gebuur op instorten staat, kan je nu vorderen dat het huis van je gebuur moet worden verstevigd of indien nodig afgebroken.

Je moet niet meer wachten op de effectieve instorting met alle mogelijke schade als gevolg voor je eigen eigendom. De Vrederechter is hier bevoegd. 

Erfdienstbaarheid

Dit is een last op een erf tot gebruik en tot nut van een erf dat aan een andere eigenaar toebehoort. Er is dus een heersend erf en een lijdend erf. Er zijn nu ook de duidelijke begrippen "zichtbare en onzichtbare erfdienstbaarheden".

Een belangrijke wijziging betreft het recht van doorgang over iemands perceel. In het verleden kon deze erfdienstbaarheid nooit worden verkregen tenzij er een contract over werd opgemaakt tussen partijen. Door de nieuwe wet ontstaat de erfdienstbaarheid automatisch na 30 jaar gebruik van deze doorgang.

Erfpacht

Erfpachtovereenkomsten worden veel gebruikt.

Dit was in het verleden 27 jaar. Deze minimumtermijn is nu verlaagd naar 15 jaar. 

Toegang tot niet-gebruikte percelen

De toegang tot een privaat domein was in het verleden strafbaar. Nu mogen derden onbebouwde percelen betreden. De enige voorwaarde is dat je geen hinder veroorzaakt. Een eigenaar kan de toegang echter steeds weigeren maar moet uitdrukkelijk afficheren het terrein niet te betreden. 

Ladderrecht

Dit recht bepaalt welke werken je mag doen op het perceel van je buur. Voor het eerst kan je nu ook bouwwerken aan je woning vanop het perceel van je gebuur uitvoeren voor zover dit niet van op je eigen perceel mogelijk is en indien je gebuur zich hiertegen niet verzet bij de Vrederechter. 

Vruchtgebruik

Een gekende discussie is deze tussen vruchtgebruiker en naakte eigenaar voor wie opdraait voor de grote herstellingen. Tot nu was dat altijd de naakte eigenaar. Vanaf nu moet ook de vruchtgebruiker een deel van ingrijpende herstellingen op zich nemen afhankelijk van de waarde van zijn vruchtgebruik. 

Mede-eigendom

De partners van een niet-gehuwd koppel, die samen een bouwgrond kochten, konden tot nu na het einde van hun relatie de verkoop van de grond niet vorderen om de opbrengst te verdelen. Nu is dat wel mogelijk. 

Mandeligheid

Dit is een vorm van gebonden mede-eigendom; voorbeeld een afscheidingsmuur, een gemene muur, een haag, een pad, een gemene afsluiting etc.

De afsluitingen langs en op de perceelsgrens worden geacht gemeen te zijn.

De kosten dienen proportioneel te gebeuren. Er zijn wel uitzonderingen. 

Omvang van de grondeigendom

De eigendom van een grond heeft zowel een horizontale als een verticale omvang. De horizontale omvang reikt net als in het verleden tot aan de perceelsgrens.

De verticale omvang daarentegen is niet meer zoals in het verleden een ongelimiteerde denkbeeldige zone boven en onder het grondoppervlak. Het nieuw artikel bepaalt voortaan dat het eigendomsrecht op de grond zich enkel uitstrekt tot een hoogte boven of diepte onder de grond die voor de eigenaar nuttig kan zijn voor de uitoefening van zijn bevoegdheden.

Voorbeeld : Een eigenaar kan zich niet verzetten tegen een gebruik door een derde op een hoogte of een diepte waarop de actuele eigenaar, gelet op de bestemming en de toestand van de grond, redelijkerwijze geen gebruiksbevoegdheid zou kunnen uitoefenen.

© Advocaat Van Gheluwe 2024

| Disclaimer | Privacy Policy | Site by Plenso